De donut economie: inzichten voor het verduurzamen van toerisme

Jarenlang stond voor veel bestemmingen het groeien van toerisme gelijk aan het groeien van bezoekersaantallen. Kate Raworth, de ontwikkelaar van de donut economie, is sceptisch over deze “oude” definitie van groei en heeft daarom een revolutionair raamwerk opgesteld voor duurzame ontwikkeling. In deze blog onderzoekt Sofie Visser of de donut economie ook inzichten biedt voor het verduurzamen van de toeristische sector.


Wat is de donut economie?

De donut economie is een economisch model dat welvaart meet door te kijken naar het vervullen van de wensen en behoeften van iedereen binnen de draagkracht van de planeet. Om dit te bereiken, laten we de ideeën die we nu hebben over economische groei los en gaan we ons richten op een duurzame toekomst. We zouden dus op een andere manier moeten gaan denken, waarbij economisch succes niet centraal staat in ons handelen, maar het welzijn van de mensen en de planeet op de lange termijn. Kate Raworth vergelijkt deze nieuwe definitie van economisch succes met de vorm van een donut, zoals te zien is in het model hieronder.

(Ritchie and Crouch, 2003)

(Ritchie and Crouch, 2003)

Als je op de donut balanceert, ben je veilig en kan je genieten van het leven binnen de grenzen van de planeet. Dit is de veilige en rechtvaardige ruimte voor de mensheid. Hoe verder je naar de binnenste- en buitenste ring beweegt, hoe moeilijker het wordt om in evenwicht te blijven. Je kan dan van de donut afvallen, waardoor je te maken krijgt met verschillende gevolgen. Je kan hierbij denken aan het volgende:

Als je van de binnenste ring afvalt, heb je niet alle 12 basisbehoeften volledig tot je beschikking, zoals onderwijs, voeding en politieke inspraak (geïnspireerd op de Sustainable Development Goals). Als je in de binnenste cirkel terecht komt, moet je het dus met minder doen dan eigenlijk de bedoeling is. 

Het midden van de donut weerspiegelt dus een plek waar de sociale voorzieningen niet optimaal zijn. Zo is er bijvoorbeeld geen schoon drinkwater aanwezig op een bestemming, waardoor het risico op uitdroging van de lokale bevolking steeds groter wordt. Het midden van de donut kan je dan ook letterlijk zien als een gat waar je in valt. Er is hier niks, waardoor de kwaliteit van het leven van de mens bedreigt wordt. De weg hiernaartoe is te zien in de binnenste cirkel van de donut. Hoe meer basisbehoeften de lokale bevolking moet missen, hoe verder de cirkel wordt ingekleurd richting het midden. Het gat van de donut wordt hierdoor steeds kleiner. Langzaam maar zeker krijg je dan een beignet, in plaats van een donut. Dat is natuurlijk niet de bedoeling als je een donut besteld hebt.

De binnenste ring van de donut vertegenwoordigt dan ook het sociaal fundament. Het is de binnenste limiet van de druk van de mensheid op de planeet. Er wordt in dit geval te weinig gebruik gemaakt van de planeet om een stabiel en gezond leven te kunnen leiden, waardoor de balans tussen mens en planeet verstoord wordt. 

De ruimte buiten de donut, het ecologisch plafond, geeft het tegenovergestelde aan. In dit geval wordt er te veel geëist van de planeet, waardoor de ecologische grenzen worden overschreden. De 9 levensondersteunende systemen die in het donut model zijn afgebeeld buiten de buitenste ring, zoals een stabiel klimaat en biodiversiteit, spelen hierin een belangrijke rol. Er is dus ook een buitenste limiet van de druk van de mens op de omgeving.

Deze binnenste- en buitenste grens van de donut hebben ook een onderling verband. Ik zal dit verder uitleggen in de volgende alinea.

De verschillen tussen arm en rijk

Kijk eens naar de afbeelding hieronder van de Universiteit van Leeds. De donut economie is hierin op nationale schaal toegepast, waarbij de economische welvaart, zoals wij die nu kennen, een belangrijke indicator is. Welk land heeft volgens jou economisch succes geboekt volgens de donut economie?


Het antwoord is simpel: nog niemand. Elk land schiet op een of meerdere gebied(en) tekort. Zo heeft het Verenigd Koninkrijk een lage druk op de mens, terwijl het bijna alle ecologische grenzen overschrijd. In Togo is dit precies het tegenovergestelde. De planeet blijft gespaard, maar dit gaat ten koste van de leefomstandigheden. In dit geval kan je zeggen dat Costa Rica het dichtst in de buurt komt van een balans tussen mens en planeet. Het tekort en overschot van deze bestemming is namelijk relatief lager dan de andere bestemmingen. Het donut model geeft wel nog enkele aandachtsgebieden aan, zowel in de binnenste- als de buitenste ring van de donut. We kunnen dus ook nog niet spreken van de vernieuwde succesformule, maar wel van een stap in de goede richting.

De verschillen tussen arm en rijk komen in deze vergelijking duidelijk naar voren:

  • Relatief rijkere landen vragen veel van de planeet, omdat zij beschikken over de middelen om dit te bekostigen. Extra comfort en luxe is hiervan het gevolg.

  • Relatief armere landen vragen weinig van de planeet, omdat ze zich dit niet kunnen veroorloven. De leefomstandigheden zijn hierdoor niet optimaal.

Het laat zien dat er niet alleen een onderlinge relatie bestaat tussen de binnenste- en buitenste cirkel van het donut model, maar ook met de economie van een bestemming. Het model van de donut economie introduceert daarom het principe van de ‘herverdeling van middelen’, waarin we onze welvaart delen om gezamenlijk een stabiele koers te varen. Hoe mooi dit ook klinkt, het blijft een ambitieus streven binnen onze huidige politieke- en economische kaders.

Maar wat is dan succes? Een lagere druk op de planeet of op de mens? Uiteindelijk draait het allemaal om het vinden van de juiste balans oftewel het elimineren van alle rode vlakken. 

Het effect van toerisme op de natuurlijke omgeving

De coronapandemie laat ons zien dat toerisme een negatieve invloed kan hebben op de omgeving. Zo leidde het aantal reisbewegingen tot de toename van biodiversiteit. Kijk bijvoorbeeld naar Venetië waar het wildleven terugkeerde in de voorheen altijd drukbezochte kanalen. Verschillende factoren spelen hierbij een rol, zoals het feit dat er geen golven meer werden veroorzaakt door de motors van toeristenboten en taxi’s, het vertrek van de vele cruiseschepen aan de kust, maar ook het verbod op alle reisbewegingen, waaronder toerisme. Dit heeft gezorgd voor kraakhelder water, waardoor scholen vissen, waterplanten en aalscholvers hun weg terugvinden naar de rustige wateren van Venetië voor voedsel. Dit zorgt niet alleen voor indrukwekkende beelden, maar ook voor een herstel van de (oorspronkelijke) ecologische systemen in deze populaire bestemming. De buitenste ring van de donut wordt in dit geval positief bijgestuurd. Maar hoe houden wij deze positieve ontwikkelingen vast? De donut economie biedt hierbij waardevolle handvatten.

De inzichten voor overtoerisme 

Een eindeloze groei aan toeristenstromen in populaire toeristische bestemmingen heeft niet altijd tot een positieve uitkomst geleid. In plaatsen zoals Barcelona en Venetië heeft de enorme toeristische groei gezorgd voor problemen die te plaatsen zijn in de binnenste- en buitenste ring van de donut.  Zo draagt overtoerisme bij aan de druk op cultureel erfgoed, overmatig landgebruik en een opstopping in de straten. Hierdoor stijgen de grondprijzen en wordt het lastiger om een huis te vinden.

Veel toeristische bestemmingen streven nog steeds naar een groei van het aantal bedden, toeristen of overnachtingen, vanwege de economische voordelen die dit heeft voor de bestemming. Wat vaak over het hoofd wordt gezien, is dat deze strategie mogelijk zorgt voor een toenemende druk op zowel de bestemming als de lokale bevolking. Het model van de donut economie helpt ons om de keerzijde van toerisme zichtbaar te maken. 

Amsterdam wil overtoerisme aanpakken door de groei van een nieuw type toerist te stimuleren: een toerist die aandacht heeft voor cultuur, zorg draagt voor de natuur en respect heeft voor de lokale bevolking. Dit klinkt als muziek in de oren bij de lokale bevolking. Deze strategie heeft helaas wel een kanttekening. Het aantrekken van een nieuw type toerist zorgt wellicht voor een extra impuls van toerisme. Dit zet de toeristische sector voor een uitdaging: durven we verder te kijken dan de economische groeidoelstelling, bijvoorbeeld door middel van het introduceren van een regeneratief beleid?

Een buitenkans voor duurzame ontwikkeling

Veranderingen vinden niet van de één op de andere dag plaats, maar de coronapandemie is hier een uitzondering op. Vorig jaar stond de wereld even helemaal stil. We zochten allemaal massaal antwoord op die ene vraag: Hoe blijven wij dit virus de baas? Dit resulteerde in negatieve reisadviezen, waardoor altijd populaire bestemmingen even een adempauze kregen van toerisme.

Over het algemeen maakt een abrupte verandering mensen bewust van alles wat zij eerst vanzelfsprekend vonden. Hoe denk jij er nu over om in een drukke winkelstraat in Amsterdam te lopen? Deze manier van denken kan je ook toepassen op bestemmingen die gebukt gaan onder overtoerisme. Als we denken volgens de theorie van de donut economie, kiezen toeristen in het gevolg sneller voor alternatieve bestemming om de massa te ontwijken. Dit wordt ook wel omwegtoerisme of detourism genoemd. Wordt dit dé duurzame reistrend van 2022?

De coronapandemie biedt dus een uitgelezen kans om de balans tussen economie, milieu en sociaal welzijn terug te vinden. Zo is Amsterdam de eerste stad die het model van de donut economie inzet als onderdeel van een duurzaam herstelplan na de coronapandemie.

Conclusie: Een andere manier van denken

De donut economie introduceert een andere manier van denken die ook inzichten biedt voor het verduurzamen van toerisme. Zo moeten we voorzichtig zijn om groei tot onze doelstelling te maken en is het belangrijk om alle  gevolgen van (over)toerisme te overzien bij het implementeren van een toeristisch beleid. Het zorgdragen voor de natuur met aandacht voor de lokale bevolking en hun leefomstandigheden staan hierin centraal. 

Het model van de donut economie stimuleert dus een verschuiving van kwantiteit naar kwaliteit, waardoor vooruitstrevende toeristische concepten de ruimte krijgen om zich te ontwikkelen. Oude meetinstrumenten naar winst, hoeveelheid en groei laten we hierbij los om de weg naar regeneratief toerisme vrij te maken. Het draait hierbij allemaal om het vinden van het evenwicht tussen toerisme en de leefomgeving. 

De donut economie stimuleert deze balans door eeuwen aan economisch succes in twijfel te trekken en mensen aan het denken te zetten. Het is een kritische reflectie op onszelf en de gewoontes van onze samenleving. Is dit de manier waarop we verder moeten? De toeristische sector zal dan ook verschillende obstakels moeten overwinnen om draagvlak te creëren voor dit gedachtegoed op ecologisch, economisch, sociaal-cultureel en politiek gebied. 

Het model van de donut economie is een hulpmiddel voor een herinrichting van toeristisch succes en daarmee het verduurzamen van de toeristische sector.

Wil jij tips om te denken als een econoom in de 21e-eeuw? Onderstaand overzicht van Doughnut Economics Action Lab, de community voor nieuw economisch denken, laat alle verschillen en aandachtspunten van toen en nu zien.

Deze blog is geschreven door Sofie Visser, derdejaarsstudent aan de opleiding Tourism Management aan de Hogeschool Inholland Rotterdam.

Vorige
Vorige

De Reis Naar Morgen in het nieuws

Volgende
Volgende

De link tussen toerisme en de SDGs